Wat vindt de Stichting HoutrookVrij van de antwoorden van Sharon Dijksma op de kamervragen over houtrookoverlast

Wat vindt de Stichting HoutrookVrij van de antwoorden van Sharon Dijksma op de kamervragen over houtrookoverlast
4 januari 2018 Redactie

KAMERVRAGEN OVER HOUTROOKOVERLAST
Op 29 oktober 2015 werden door Yasemin Cegerek (PvdA) de volgende Kamervragen gesteld aan de Minister van Infrastructuur en Milieu over de rookoverlast van houtkachels, haarden en vuurkorven:

Vraag 1
Bent u bekend met de waarschuwing van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) voor schadelijke rook uit onder meer houtkachels?

Vraag 2
Op welke wijze wordt het advies verspreid dat mensen de kachel niet als hoofdverwarming moeten gebruiken en niet moeten stoken bij windstil weer?

Vraag 3
Bent u bekend met het rapport Rookoverlast houtkachels, haarden en vuurkorven: burenruzie of milieuprobleem? van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG)

Vraag 4
Kunt u reageren op de conclusie op pagina 32 van dit rapport dat de gemeenten aanmerkelijk minder (doen) dan zij kunnen bij het bestrijden van rookoverlast. Dat heeft deels te maken met een laag niveau van regelgeving, maar voor een belangrijk deel ook met mentaliteit: klachten worden bagatelliserend bestempeld als ‘burenruzies’?

Vraag 5
Kunt u uw reactie geven op de aanbevelingen voor beleidsmakers die in dit rapport gedaan worden?

 

 

Op 19 november 2015 werden deze Kamervragen beantwoord door de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, mevrouw Sharon Dijksma

Vraag 1
Bent u bekend met de waarschuwing van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) voor schadelijke rook uit onder meer houtkachels?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Op welke wijze wordt het advies verspreid dat mensen de kachel niet als hoofdverwarming moeten gebruiken en niet moeten stoken bij windstil weer?

Antwoord 2
In opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu is de handreiking “Houtstook door particulieren, hoe voorkom je overlast?” opgesteld, die onder andere de stoker adviseert over de beste stooktechniek, welke brandstoffen te gebruiken en wanneer beter niet kan worden gestookt. Deze brochure is thans beschikbaar via de link http://www.vvm.info/main.php?id=897, en zal binnenkort worden verspreid via de website van het Platform Houtstook (in oprichting). In dit Platform werkt een brede vertegenwoordiging van partijen uit het veld van onderzoek, maatschappelijke organisaties, ondernemers en overheden samen aan het verminderen en voorkomen van overlast en gezondheidseffecten van houtstook door particulieren. Ook MilieuCentraal geeft op haar website informatie over hoe overlast door houtstook kan worden voorkomen. MilieuCentraal wijst er op dat een toename van houtkachels en open haarden in woonwijken vanuit het oogpunt van luchtkwaliteit en geurhinder niet gewenst is en adviseert de potentiële koper milieuvriendelijker alternatieven voor verwarming te overwegen.
Daarnaast heeft MilieuCentraal een “modelpagina” over overlast door houtstook samengesteld die is gepubliceerd in huis-aan-huis bladen.

Vraag 3
Bent u bekend met het rapport Rookoverlast houtkachels, haarden en vuurkorven: burenruzie of milieuprobleem? van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG)

Antwoord 3
Ja, het betreft hier een in 2006 verschenen rapport van de wetenschapswinkel van de Rijksuniversiteit Groningen.

Vraag 4
Kunt u reageren op de conclusie op pagina 32 van dit rapport dat de gemeenten aanmerkelijk minder (doen) dan zij kunnen bij het bestrijden van rookoverlast. Dat heeft deels te maken met een laag niveau van regelgeving, maar voor een belangrijk deel ook met mentaliteit: klachten worden bagatelliserend bestempeld als ‘burenruzies’?

Antwoord 4
De in het antwoord op vraag 2 genoemde brochure bevat informatie over wat burgers die overlast ondervinden kunnen doen en hoe GGD-en en gemeenten met klachten van burgers kunnen omgaan. Het is verder aan gemeenten om te bepalen op welke wijze zij invulling geven aan hun bevoegdheden bij het bestrijden van rookoverlast.

Vraag 5
Kunt u uw reactie geven op de aanbevelingen voor beleidsmakers die in dit rapport gedaan worden?

Antwoord 5
De aanbevelingen voor beleidsmakers in het rapport zijn deels gericht aan gemeenten en deels aan de rijksoverheid. Een aantal daarvan heeft betrekking op het verbeteren van de informatievoorziening en het vergroten van het bewustzijn van de overlast door houtrook en de mogelijke gezondheidseffecten daarvan. Hierin zijn door de rijksoverheid inmiddels stappen gezet, zoals is toegelicht bij de antwoorden op de vragen 2 en 4. In Europees verband is in 2014 een voorstel van de Europese Commissie aangenomen om in het kader van de Ecodesign richtlijn de typekeuringseisen eisen voor houtkachels aan te scherpen.

De Stichting HoutrookVrij meent dat de beantwoording van de Kamervragen door de Staatssecretaris onbevredigend is:

Mevrouw Dijksma verwijst in haar antwoorden naar de Toolkit ‘Houtstook door particulieren, hoe voorkom je overlast’. Deze handreiking is echter ontoereikend, omdat zij de nadruk legt op vrijblijvende begrippen zoals voorlichting, bewustwording, begrip kweken, en overleggen, en niet op het scheppen van een wettelijk kader. Het Stappenplan is er alleen maar op gericht alles op de gehinderde af te wentelen. Het gaat uit van een conflict één op één dat door middel van burenoverleg, wijkagent of buurtbemiddeling zou kunnen worden opgelost. Meestal zijn er echter meerdere stokers en is er sprake van cumulatie. Het opvolgen van de Stooktips door stokers is oncontroleerbaar, terwijl het hier toch gaat om de uitstoot van schadelijke stoffen, waarbij de normadvieswaarden regelmatig worden overschreden. Voorts is voor de gehinderde de inventarisatie van bronnen onmogelijk. Zelfs de GGD geeft in haar rapport toe dat er nog een tool moet worden ontwikkeld om na te kunnen gaan uit welke schoorsteen de rook afkomstig is. Juridische procedures zijn voor de gehinderde ook geen lonkend perspectief, de jurisprudentie tot nog toe in aanmerking genomen.

Naast de Toolkit verwijst mevrouw Dijksma naar de website van Milieu Centraal waarop houtstoken ontmoedigd wordt. Deze adviezen zijn eveneens geheel vrijblijvend, en het valt, gezien de populariteit van de houtkachel, niet te verwachten dat zij zullen worden opgevolgd. Gehinderden blijven op deze wijze geheel aan de goodwill van stokers overgeleverd en dat is een ongewenste situatie.

Voorts schrijft mevrouw Dijksma ‘dat het aan gemeenten is om te bepalen op welke wijze zij invulling geven aan hun bevoegdheden bij het bestrijden van rookoverlast.’
In de praktijk doen gemeenten niets met de klachten van inwoners. Zij hebben behalve een artikel in het bouwbesluit dat spreekt over het subjectieve begrip ‘hinder’ geen middelen om te handhaven en verwijzen juist naar de noodzaak van overheidsmaatregelen. Aan voorlichting en bewustwording doen de meeste gemeenten niets. Zij nemen niet in de APV op dat er niet mag worden gestookt bij mistig en windstil weer, en benutten hun gemeentewebsite niet voor het ontraden van houtstook of het focussen op schonere energiebronnen.

In het onlangs verschenen rapport van de noordelijke GGD’s wordt nadrukkelijk gewezen op de tekortkomingen van de aanbevelingen in de Toolkit. Hieraan gaat mevrouw Dijksma geheel voorbij. Enkele citaten:

Maar naast de aanmeldingen uit de regio met veelal schrijnende verhalen, waren er zelfs van elders in het land nogal wat reacties van wanhopige burgers. De meeste van hen bleken niet op de hoogte van de mogelijkheden die genoemd zijn in de VVM-toolkit. Gezien hun verhalen zullen zij waarschijnlijk die mogelijkheden echter niet als echt bruikbaar ervaren.

Verder blijkt dat velen vinden dat de overheid tekort schiet wanneer zij daar om hulp of maatregelen vragen. De juridische mogelijkheden die beschreven zijn in toolkit ‘Houtstook door particulieren, hoe voorkom je overlast’ bieden kennelijk geen oplossing.

In stap 4 of 5 van de Toolkit staat geen (semi)-kwantificerende beoordeling van de ernst van een situatie. Daardoor is de toolkit niet geschikt om een juridisch houdbaar onderscheid te maken tussen wel of niet aanvaardbare overlast, en wel of niet handhavend optreden. De toolkit is alleen bruikbaar als informatiebron voor alle betrokkenen, of hulpmiddel voor adviezen van de gemeente of voor onderling overleg tussen klager en stoker.

Mevrouw Dijksma noemt ook de Ecodesign richtlijn. In 2014 is inderdaad een voorstel van de Europese Commissie aangenomen aangenomen m.b.t. typekeuringseisen, maar deze voorschriften zullen pas op 1 januari 2022 van kracht worden! Er is binnen de EU een grote behoefte aan hoog renderende houtkachels, omdat men op tal van plaatsen op hout als brandstof aangewezen is. Nederland is echter een van de weinige landen waar bijna alle burgers op het aardgasnetwerk zijn aangesloten. Het stoken van houtkachels is hier een extra luxe. Het is precies die ‘onnodige sfeer- en bijverwarming’ waar de WHO op doelt, en die in onze dichtbevolkte woonwijken vermeden moet worden.

45mm-wide case in polished steel with wire-style lugs typical of how early wrist watches looked. This was because early wrist watches were really just pocket watches with lugs soldered to them. These two longines telemeter chronograph mens designer belts replica watch are chronograph watches that come in at around 41 mm wide. They feature a steel case and a durable leather strap. The movement is self-winding, stop and reset the chronograph and there is no way to restart the timer without resetting. The earliest watches were built around the Lemania cal. 15CHT and later models.